Broekhuijsen, Henricus Gerhardus

04.12.1919 - 14.04.1945 (25 jaar)

Beroep: Typist / hulp-commies
Woonplaats: IJmuiden
Burgerlijke status: Ongehuwd

Hein van Broekhuijsen vocht tijdens de meidagen in 1940 op de Grebbeberg. Na de capitulatie was hij tot mei 1941 in de Opbouwdienst, waarna hij een aanstelling kreeg als typist bij Rijkswaterstaat in IJmuiden. In die functie kopieerde hij illegaal bouwtekeningen van de verdedigingswerken van de Festung IJmuiden. Vanaf februari 1942 werkte hij als hulp-commies bij ’s Rijks belastingen in Nispen.

Toen Van Broekhuijsen zich in mei 1943 moest melden voor terugvoering in krijgsgevangenschap, weigerde hij en dook onder: eerst in Bloemendaal, daarna bij zijn ouders in Zutphen. In april 1944 lukte het hem bij ’s Rijks belastingen in Haarlem een baan te krijgen in de buitendienst in Overveen. Vanaf oktober 1944 was hij als koerier en seiner van de technische afdeling betrokken bij het inlichtingenwerk van het Binnenlandse Strijdkrachten-Commando Vesting IJmuiden/Velsen. Samen met zijn tweelingbroer Arnoldus bouwde hij kristalontvangers.

Als gevolg van verraad werden Hein en Arnoldus en zijn verloofde op 16 februari 1945 door de Sicherheitspolizei thuis gearresteerd. Tijdens een huiszoeking werden gedeelten van niet-afgewerkte tekeningen aangetroffen. Beide broers werden naar het Huis van Bewaring aan de Weteringschans in Amsterdam gebracht. Arnoldus verbleef tot de bevrijding in gevangenschap. Hein werd op 14 april 1945 bij Rozenoord aan de Amsteldijk gefusilleerd.

Ter nagedachtenis aan Van Broekhuijsen is een straat naar hem genoemd in IJmuiden.

Hein van Broekhuijsen ligt begraven op de Eerebegraafplaats Bloemendaal.

Heeft u aanvullende informatie over Henricus Gerhardus Broekhuijsen? U kunt hier uw informatie toevoegen.

Uw gegevens:
Uw bijdrage:

Naamsverwisseling

Het verhaal, dat mijn vader mijn broer en mij regelmatig vertelde was, nu ik mij dat pas na zijn dood volledig realiseerde, een rode (zeg maar zwarte) draad door zijn leven. Op 14 april 1945 werd zijn tweelingbroer Hein uit zijn cel aan de Weteringschans gehaald en met 9 anderen gefusilleerd. De familie in Zutphen kreeg echter het bericht, dat Arnoldus van Broekhuijsen was doodgeschoten. Mijn moeder Suus, die toentertijd samen met mijn vader en zijn broer en anderen van de verzetsgroep na verraad was opgepakt en naar de Weteringschans gebracht, was al eerder vrijgelaten en ging dus aan het eind van de oorlog -samen met Grad, de verloofde van Hein- naar de Weteringschans. Zij om de bezittingen van Nol op te halen en Grad om Hein weer in haar armen te sluiten. Na een wachttijd, kwam echter voor beiden volledig onverwacht Nol naar buiten! In koor riepen zij:”Nee, dat is Nol!” Een emotioneel moment, met grote gevolgen voor alle drie betrokkenen. Mijn vader hoorde toen ook voor het eerst wat was gebeurd en dat er al een requiemmis voor hem was opgedragen in Zutphen. Hij is hier -ondanks zijn liefdevolle en opgeruimde houding t.o.v. allen, die hem hebben gekend, nooit overheen gekomen. Waarschijnlijk is hij hierdoor ook, na het overlijden van mijn moeder in 1966, nooit hertrouwd. Wel gaf hij regelmatig aan teleurgesteld te zijn in de nasleep van de oorlog, waarin zij ‘de kooltjes uit het vuur sleepten’ en de vooroorlogse politieke coryfeeën alles in het werk stelden hun oude posities weer in te nemen. Achteraf had ik hier vaker en indringender met hem van gedachten willen wisselen. Hij ruste in vrede!