-
Les 1 – Theo
Theo van Gogh was student. Hij zat bij het MARNIX dispuut, een studentenvereniging die zich al snel tegen de Duitse bezetter keerde. Studenten kregen een oproep om de loyaliteitsverklaring te ondertekenen waarbij zij trouw zwoeren aan de bezetter. Veel studenten weigerden, waaronder ook Theo en zijn dispuutgenoten. Zij moesten onderduiken en Theo raakte steeds meer betrokken bij het studentenverzet.
Bekijk de les -
Les 2 – Cesar
Cesar Willem Ittman werkte als chirurg in een ziekenhuis in Amsterdam. Hier was hij betrokken bij het verzet. Hij had een vrouw en twee kinderen. Hij gaf medische hulp aan (joodse) onderduikers en voorzag mannen die in Duitsland te werk werden gesteld van pillen die hun tijdelijk arbeidsongeschikt maakten. Itmann was ook betrokken bij Knokploeg Amsterdam. Maar weinig mensen wisten van zijn activiteiten af – zelfs zijn vrouw niet.
Bekijk de les -
Les 3 – Cor
Cor was arbeider en werkte aan de Hondbossche zeewering. Hij woonde met zijn gezin in het dorpje Spanbroek. In Spanbroek werd pas halverwege de oorlog echt wat van de bezetting gemerkt. De mannen werden opgeroepen voor abeidsinzet in Duitsland en daarnaast werden er in 1943 Duitse militairen gelegerd in het dorp. Cor is het voorbeeld van een man die zijn dagelijks leven heeft voortgezet tijdens de bezetting. Hij paste zich aan. Waarom Cor is opgepakt is niet geheel duidelijk. Waarschijnlijk is hij verraden en in de val gelokt.
Bekijk de les -
Les 4 – Ernst
Ernst was een deserterende Duitse dienstplichtige soldaat en is in Nederland gearresteerd onder een schuilnaam. Er is weinig over hem bekend. Het verhaal van Ernst symboliseert ‘de andere kant van het verhaal’. Over personen als Ernst is vaak weinig bekend en deze verhalen komen zelden aan bod.
Bekijk de les -
Les 5 – Bezoek Rozenoord Monument
Na het volgen van het educatieprogramma hebben de leerlingen verschillende tekeningen, gedichten of verhalen gemaakt voor de slachtoffers bij Rozenoord.
Als u het monument bezoek kunt u uw leerlingen vragen deze creatieve uiting mee te nemen. Zij kunnen de stoel van diegene opzoeken waarvoor zij wat gemaakt hebben. Hier kunnen zij aan een groepje kinderen vertellen waarom zij juist voor deze persoon iets gemaakt hebben en hun werk laten zien of voordragen.
Bekijk de les