31 maart 1945

Posted by

Op 31 maart 1945 werden vijf Todeskandidaten uit het Huis van Bewaring aan de Weteringschans gefusilleerd bij Rozenoord. De fusillade was een represaille op de aanslag op Duitse werknemers van de Grenzaufsichtstelle op 21 maart 1945.

Verzet
Op 21 maart werden enkele mannen van de Grenzaufsichtstelle ter hoogte van Stompetoren door Knokploeg-Ursem beschoten. Zij vervoerden op dat moment een groep arrestanten met paard-en-wagen naar het Huis van Bewaring in Alkmaar. De mannen waren opgepakt vanwege het illegaal omzagen van enkele bomen. Door de aanval van de knokploeg wisten de arrestanten te ontsnappen, maar de KP’ers brachten hun “schuilplaats” onbedoeld onder de aandacht.

Het schietincident vond plaats in de buurt van de boerderij van Mattheus J. Koning, waar de KP’ers hun fiets hadden geparkeerd ten tijde van de aanval. De boerderij werd door de Binnenlandse Strijdkrachten gebruikt als hoofdkwartier voor de eerste sectie Stoottroepen in gewest 11. De vele fietsen werden na de schietpartij opgemerkt door de Grenzaufsichtstelle en gerapporteerd aan de Sicherheitspolizei.

Op 23 maart deed de Sicherheitspolizei een inval in de boerderij. Tijdens de huiszoeking vonden zij een kist met onderdelen van een geallieerd vliegtuig en Amerikaanse olie om schietwapens te smeren. Onder het bed van Piet Koning, de zoon van Mattheus, vonden ze een rol met 28 Duitse stafkaarten van Noord-Holland die aan de Wehrmacht hadden toebehoord.

Represaille
Piet Koning werd na de inval onmiddellijk gearresteerd en via Alkmaar naar het Huis van Bewaring aan de Weteringschans in Amsterdam vervoerd. Op 6 april 1945 werd hij in het kader van een represaille gefusilleerd in Limmen.

De schietpartij in Stompetoren en de ontdekking van de illegale zaken in de boerderij van Koning werden apart gestraft: Konings boerderij moest vernietigd worden en vijf Todeskandidaten gefusilleerd op de plaats van aanslag in Stompetoren. Konings boerderij werd op 23 maart 1945 volledig platgebrand.

Fusillade Rozenoord
Op 31 maart 1945 volgde de tweede vergeldingsactie. Vijf mannen werden uit het Huis van Bewaring aan de Weteringschans gehaald en gefusilleerd bij Rozenoord aan de Amsteldijk. De mannen werden niet naar Stompetoren vervoerd in verband met een structureel tekort aan brandstof voor motorvoertuigen.

 

Koning, Andries de

Posted by

Andries de Koning was tijdens de meidagen in 1940 in militaire dienst. Na de capitulatie keerde hij terug naar zijn ouders aan de Kanaaldijk in Kwadendamme (op Zuid-Beveland in Zeeland). Hij ging als landarbeider werken bij boomkwekerij D.J. van der Have in Kapelle.

Toen De Koning zich eind april 1943 diende te melden voor terugvoering in Duitse krijgsgevangenschap, dook hij onder bij zijn oom Gerard de Koning in Amsterdam. Met zijn oom nam hij deel aan het verzet: in 1943 in verband met de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers, in 1944 in de Ordedienst, in twee verschillende knokploegen en in de Binnenlandse Strijdkrachten. De Koning was betrokken bij overvallen op distributiekantoren, het opgraven en vernielen van telefoon- en telegraafkabels, het ontvreemden van telefoondraad, het verwijderen van springstof uit een dijklichaam in de Fordhaven en het vervoer van wapens.

Op 6 maart 1945 werd De Koning samen met zijn oom gearresteerd, nadat door de Sicherheitspolizei een munitiedepot was ontdekt bij pastoor F.L. Esser O.E.S.A. – van de Augustinuskerk aan de Postjesweg in Amsterdam. Zij werden overgebracht naar het Huis van Bewaring aan de Weteringschans. Op 31 maart 1945 werden zij bij Rozenoord aan de Amsteldijk gefusilleerd.

Ter herinnering aan Andries de Koning is een straat naar hem genoemd in Kwadendamme.

Andries de Koning ligt begraven op de Eerebegraafplaats Bloemendaal.

Koning, Gerard de

Posted by

Geert de Koning woonde met zijn echtgenote, zoon en dochter in Amsterdam. Na van 1938 tot maart 1940 ondersteuning van de Gemeentelijke Dienst voor Sociale Zaken te hebben ontvangen, dreef hij voor eigen rekening een winkel in snoepgoed, chocolade en surrogaatartikelen. Nadat hij deze winkel had verkocht, was hij van november 1941 tot juni 1944 uitbater van een koffiehuis en daarna als nachtwaker in dienst van de NV Amsterdamsche Gecontroleerde Particuliere Nachtveiligheidsdienst.

In de loop van 1943 zocht De Koning voortdurend contact met illegale organisaties. Nadat hij eerst zelfstandig hulp had verleend aan onderduikers, deed hij dit later in voor de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers. Na eerder actief te zijn geweest voor de Ordedienst werd hij in augustus 1944 lid van een knokploeg. Deze ploeg maakte een maand later als de gevechtsgroep-Admiraal deel uit van de Binnenlandse Strijdkrachten in Amsterdam-West.

De Koning liet in zijn woning aan de Van Rensselaerstraat regelmatig wapeninstructies houden. Hij was betrokken bij het plegen van sabotage met springstoffen en nam deel aan verschillende overvallen. De Koning stond bekend als doortastend en nergens voor terugdeinzend. Hij werd dan ook belast met het liquideren van voor het verzet gevaarlijke personen – o.a. een SS’er op het Amsterdamse Columbusplein.

Op 6 maart 1945 werd hij samen met zijn bij hem ondergedoken neef Andries de Koning gearresteerd en overgebracht naar het Huis van Bewaring aan de Weteringschans.  Op 31 maart 1945 werden zij bij Rozenoord aan de Amsteldijk gefusilleerd.

Geert de Koning ligt begraven op de Eerebegraafplaats Bloemendaal.

Schwitters, Sjoert Christianus Pieter

Posted by

Sjoert Schwitters werkte in Amsterdam eerst bij Uitgeversmaatschappij Pallas als ontwerper voor het maandblad International Textiles. Van oktober 1939 tot april 1942 was hij werkzaam voor de sociaal-democratische uitgeverij De Arbeiderspers als technisch opmaker en redacteur van het geïllustreerde weekblad Wij. Ons werk, ons leven (oplage 70.000 exemplaren). Hierna was hij zelfstandig werkzaam: hij schreef kinderboeken (die als speelgoed werden verkocht) en radiohoorspelen voor kinderen.

Rond 1943 liet Schwitters zijn half-joodse, zwangere echtgenote en zoontje in Amsterdam achter in hun woning aan de Spuistraat en verhuisde hij – mogelijk mede om zich te onttrekken aan de arbeidsinzet – naar Blaricum, waar hij ging samenwonen met zijn vriendin. Incidenteel verleende hij hulp aan joodse landgenoten, door hen onder te brengen bij zijn moeder en zijn (vanaf september 1944 ex-)vrouw, met wie hij tot medio 1944 contact had.

Op 31 januari 1945 werd Schwitters in Blaricum aangehouden tijdens een huiszoeking waarin men op zoek was naar een geheime zender. Nadat hem, zo vernam een medegevangene later, gevraagd was of hij communist was, antwoordde hij – de vraag niet goed begrijpend of verstaand – bevestigend, waarop Schwitters werd overgebracht naar het Huis van Bewaring aan de Weteringschans in Amsterdam. Op 31 maart 1945 werd hij bij Rozenoord aan de Amsteldijk gefusilleerd.

Sjoert Schwitters ligt begraven op de Eerebegraafplaats Bloemendaal.